Opdrachtgever moet ervoor openstaan om samen een mooi gebouw te maken

Dit artikel is een publicatie van Bouwaktua. Lees hier de editie van januari 2023.

Zowel de vakjury als het publiek waren het eens: met de bouw van het hoofdkantoor van werkkledingfabrikant HAVEP heeft Arcon een ongekend innovatief houten gebouw gerealiseerd. De niet minder dan 1860 kuub aan houtvolume werd in ongeveer twaalf weken volledig opgebouwd. De sleutel tot dit succes: aan de voorkant veel tijd besteed aan het ontwerptraject en positieve energie in het bouwteam.

Het is nog nauwelijks twee maanden geleden dat Hans van der Grinten en Bart van der Wijst de eerste prijs in de categorie Zakelijke Houtbouw én de overall Publieksprijs in handen kregen. Met dank overigens aan architect Paul de Ruiter die de basis had gelegd voor het bijzondere gebouw. “Het zijn eigenlijk twee afzonderlijke projecten”, vertelt Van der Grinten, hoofd constructieve houtbouw bij Arcon. “Enerzijds het hoofdgebouw van 3.000 m2 dat bestaat uit twee bouwlagen met een hybride draagconstructie van gelamineerde liggers en kolommen en in combi CLT-vloeren en -daken. En anderzijds een warehouse van 6.000 m2 . Wij hebben het architectonisch ontwerp omgezet naar een constructief ontwerp en daarin zaten best wat bijzondere uitdagingen.”

Constructief huzarenstukje

Een constructief huzarenstukje, zo noemt Hans van der Grinten het eindresultaat. Zoals de stabiele stapeling van de twee constructievolumes op elkaar. Maar ook de twee cirkelvormige daklichten in het dak van het hoofdgebouw.

“Die staan ook nog eens onder 5 graden helling, en betreffen dus feitelijk afgeschuinde cirkels. Die hebben we elk in vier segmenten opgeknipt om ervoor te zorgen dat er geen wateraccumulatie ontstaat en het water eraf kan stromen ter voorkoming van vervuiling.” Daarnaast was er ook een interessante logistieke uitdaging, vult operationeel manager Bart van der Wijst aan: “We hebben de fabricage en het transport vanuit Oostenrijk georganiseerd, inclusief opslag hier in Nederland.” Het ontwerp van het warehouse zit ook vol bijzondere specificaties. De herkenbare zaagtanddakvorm is een afspiegeling van het oude havencomplex, en het gebruik van noorderlichten zorgt ervoor dat mensen die overdag in de loods werken contact met buiten blijven houden. Van der Grinten: “Het krachtenspel moet elke keer de daklijn volgen. Daarom hebben wij de constructie opgesplitst en gestabiliseerd. Bovendien zijn alle details zodanig gemaakt dat ze ook visueel mooi zijn. Denk aan grote verbindingen en grote aantallen bouten.”

Coöperatie Deltawind

Hoewel er nog elke dag met trots naar beide prijzen wordt gekeken, zijn er al weer tal van andere bijzondere projecten die de volledige aandacht vragen. Zoals de bouw van het nieuwe duurzame, installatiearme en circulaire kantoor van Coöperatie Deltawind. De bovengrondse constructie bestaat volledig uit (waar mogelijk hergebruikt) hout. Het binnenklimaat wordt zo veel mogelijk op natuurlijke wijze gereguleerd, onder meer door een kasgevel aan de achterzijde.

“De toekomst van de bouw is dat marktpartijen vanaf het begin in het bouwteam samenwerken aan duurzame gebouwen met mooie detaillering en zorgvuldige materialisatie. Een gebouw is immers meer dan een samenstelling van allerlei offertes.”

“De opdracht die wij meekregen was om met minimale afmetingen een stabiele constructie te realiseren”, aldus Van der Grinten. “We hebben de samengestelde constructie gestabiliseerd met houten schoren die door het gebouw heenlopen. Zo ontstaan allemaal afzonderlijke portalen die samen de complete draagstructuur vormen.” Van der Wijst: “De voorbereiding is bij dit soort projecten vaak lang, omdat we de tijd nemen om alle fouten en faalkosten er uit te engineeren. Vervolgens kun je snel bouwen: er zitten geen natte elementen in, er zijn geen stempels nodig, en je hoeft niet te wachten op het uitharden van de vloer. Dat zijn de voordelen van droge bouw.” Coöperatie Deltawind heeft vanaf het allereerste moment alle partijen erbij betrokken. Van der Grinten: “Het begon met een dag om elkaar te leren kennen: wat willen we met dit project, wat is het gezamenlijke belang en wat kan een ieder inbrengen? Veel bouwpartijen roepen wel te willen samenwerken, maar niet iedereen kán samenwerken. Toch is de toekomst van de bouw dat marktpartijen vanaf het begin in het bouwteam samenwerken aan duurzame gebouwen met mooie detaillering en zorgvuldige materialisatie. Een gebouw is immers meer dan een samenstelling van allerlei offertes.”